LET OP
Door verschillende oorzaken kan het voorkomen dat bij de kenmerken de status wel/geen monument niet correct wordt weergegeven.
Wilt u zeker weten of een pand een monument is, check dan https://www.amsterdam.nl/kunst-cultuur/monumenten/
LAAN VAN SPARTAAN |
|
Zaaknummer: | 51458 |
Aanvraagnummer: | |
Advies aan: | West |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 02-12-2009 door Commissie II A | |
Retour stadsdeel (contrair vergund). |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 24-06-2009 door Commissie II B | |
Ernstig bezwaar Aan de orde is een uitwerking van de bebouwing van de noordstrook zoals zie in de vergadering van commissie II op 22 oktober 2008 en in de plenaire vergadering van 19 november 2008 zijn voorgelegd. De commissie verwijst derhalve naar de destijds geformuleerde adviezen. Zij wil nogmaals benadrukken dat de noordstrook zowel in relatie tot zijn omgeving als in de rigide architectonische uitwerking van de gevels op geen enkele wijze aansluit bij de uitgangspunten zoals destijds vastgelegd in het stedenbouwkundige plan en het bijbehorende beeldkwaliteit plan. Het schrille contrast met zowel de in gang gezette transformatie van de kleinschalige Kolenkitbuurt aan de noordzijde van de Erasmusgracht als de kleinschalige rug-aan-rug woningen aan de zijde van het sportpark leidt ertoe dat de uitwerking van de noordstrook niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 19-11-2008 door Plenum | |
De heer Werkman schetst de voorgeschiedenis van het project. De commissie heeft na vier behandelingen nog steeds ernstig bezwaar tegen dit plan. Ondanks de inspanningen van de architecten voldoet de kwaliteit van het plan niet aan de ambities voor dit stedelijk scharnierpunt, zoals vastgelegd in het beeldkwaliteitplan. Het gevolg is een plan dat onvoldoende is ingepast in zijn omgeving. Daarbij gaat het enerzijds om de vormgeving en materialisering van de gevels aan de Erasmusgracht, anderzijds om de te grote schaalsprong tussen de voorgestelde hoogbouw aan de Erasmusgracht en de Kolenkitbuurt. De commissie heeft de indruk dat tussen de supervisor van de Kolenkitbuurt en de supervisor van de Laan van Spartaan weinig contact is geweest waardoor de beide plangebieden zich autonoom hebben ontwikkeld. Ook kent het plan in zichzelf een te groot contrast tussen de hoogbouw en de laagbouw wat zich wreekt in verblijfskwaliteit van de binnenhoven. Aan het plenum wordt gevraagd of zij het negatieve advies van Commissie II ondersteunt. Mevrouw Van Vliet, supervisor van Sportparkstad betreurt in haar toelichting het probleem dat is ontstaan doordat het beeldkwaliteitplan na de vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan niet meer is bijgesteld. Met de vanuit het bestemmingsplan toegestane bouwhoogte kan niet meer voldaan worden aan het beeldkwaliteitplan. Ook de geluidsbelasting is niet verwerkt in het beeldkwaliteitplan aangezien pas gaandeweg het proces bleek dat dit de meest bepalende factor voor de vormgeving zou zijn. Deze is tijdens het proces tot een blok aan het been geworden. De geluidsbelasting was overigens niet de reden dat in 10 lagen gebouwd moest worden. De bouwhoogte kwam voort uit het programma. Dit leidt bij de commissie tot verbazing aangezien in het verleden telkens de geluidsbelasting als argument werd gebruikt voor het ophogen van het blok, waardoor de in het beeldkwaliteitplan beoogde verhoudingen tussen het hoge A10-blok, de iets lagere bebouwing aan de Erasmusgracht en de laagbouw aan de binnenhoven zijn verstoord. In het vervolg van haar toelichting stelt mevrouw van Vliet dat in het aangepaste plan volgens haar tegemoet is gekomen aan het grootste bezwaar van de commissie, namelijk dat het plan onvoldoende aansluit bij zijn omgeving. De bebouwing aan de Erasmusgracht is nu gedeeltelijk verlaagd naar 30 meter en, ondanks dat de hoogte van de bebouwing daarmee nog niet overeenkomt met het beeldkwaliteitplan, is daardoor toch weer een duidelijker verschil geïntroduceerd met het A10 blok. De wand aan de Erasmusgracht is meer geleed en onder andere voorzien van bredere doorzichten naar de binnenhoven. Aan de plint werd bijzondere aandacht besteed, in het kader van de beoogde stedelijke concentratie, met een menging en diversiteit aan programma. Overigens zijn in de hoeken van de binnenhoven een aantal woningen vervallen, waardoor het aantal rug-aan-rugwoningen dat enkel georiënteerd is op de noordzijde is teruggebracht. De heer Jongerius beklemtoont in zijn reactie dat het plan op een aantal punten inderdaad aanzienlijk is verbeterd, dat er bij commissie II ook alle waardering is voor de inspanning die door de architecten is geleverd, maar dat op een aantal essentiële punten nog steeds wordt afgeweken van het beeldkwaliteitplan, onder andere wat betreft vormgeving en materialiseren van de gevels. Het blok aan de Erasmusgracht onderscheidt zich qua hoogte nog steeds te weinig van het A10-blok om de in het beeldkwaliteitplan beoogde hiërarchie tussen deze twee blokken leesbaar te maken. Daardoor ontstaat er een ongewenst contrast met de overzijde van de Erasmusgracht. De geluidsbelasting werkt volgens hem een te rigide vormgeving van de gevels in de hand waardoor het gebrek aan samenhang met de overzijde nog verder wordt versterkt. De heer Molenaar is van mening dat de commissie in haar beoordeling van dit project meer bescheidenheid moet betrachten omdat het de uitkomst is van een langdurig proces waarbij de stedenbouwkundige uitgangspunten al een gepasseerd station zijn. Het moet nu om de architectonische uitwerking gaan die getoetst kan worden aan de hand van het beeldkwaliteitplan. Mevrouw Rijckenberg is het op dit punt niet met de heer Molenaar eens. Door de manier waarop het oorspronkelijke plan is uitgewerkt en door het overladen programma past het niet meer in het beeldkwaliteitplan. Het wordt echter wel zo gepresenteerd. Het is daarom gerechtvaardigd om een opmerking te maken over de stedenbouwkundige uitgangspunten. De heer Yegenoglu ondersteunt deze mening: als de commissie niet overtuigd is van de stedenbouwkundige kwaliteit moet zij bezwaar kunnen maken. De heer Van Dort constateert dat de commissie in een spagaat terecht is gekomen tussen de stedenbouwkundige uitgangspunten en het beeldkwaliteitplan. De uitgangspunten uit het beeldkwaliteitplan wat materiaalgebruik en beeld betreft moeten in ieder geval gerespecteerd worden en het uitgangspunt blijven bij de toetsing. De voorzitter concludeert dat het plenum het negatieve advies van commissie II ondersteunt. Zowel door zijn schaal en maat als ook in de uitwerking voldoet het plan niet aan de ambitie van het beeldkwaliteitplan en aan redelijke eisen van welstand wat betreft de inpassing in de omgeving. De heer Molenaar tekent hierbij aan dat hij zich wat de stedenbouwkundige argumenten betreft niet aansluit bij het negatieve advies. |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 22-10-2008 door Commissie II B | |
Ernstig bezwaar In de vergadering zijn aanwezig mevrouw Van Vliet (supervisor Sportparkstad) en de heren Schaapveld (Dick van Gameren architecten), Meurders (Diederendirrix) en de heer Gr |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 13-02-2008 door Commissie II B | |
Ernstig bezwaar In de vergadering is aanwezig mevrouw Van Vliet (supervisor) om het plan voor deze grootschalige nieuwbouw met de commissie te bespreken. De commissie beoordeelt het plan aan de hand van het toetsingskader dat gevormd wordt door het beeldkwaliteitplan, de toelichting op het beeldkwaliteitplan en de ontwerprichtlijnen. De aspecten in het plan waar veel aandacht aan wordt besteed zijn: de geluidsbelasting; de relatie met de te vernieuwen Kolenkitbuurt; de stedenbouwkundige configuratie; het architectonisch concept en de architectonische uitwerking van de noordstrook en de hoven. De commissie constateert de volgende knelpunten. Bij de stedenbouwkundige en architectonische uitwerking ligt de nadruk te zwaar op de eisen ten aanzien van de geluidsbelasting ten gevolge van de autosnelweg, waardoor het plan een zeer rigide karakter krijgt. Aan de zijde van de Erasmusgracht is de bouwhoogte opgehoogd tot 11 lagen (50% naar 33m en de rest op 30m), omdat bij 8 lagen het geluid alsnog de binnengebieden zal belasten. Het gevolg is dat de hoge bebouwing van het plangebied niet overtuigend aansluit op de lage bebouwing van de Kolenkitbuurt, ondanks de afstand van 100m tussen beide buurten. De openbare ruimte aan de Erasmusgracht zal, doordat zij op het noorden georiënteerd is, een somber karakter krijgen als gevolg van de schaduwwerking. De ontsluitingsweg van de wijk krijgt ook hierdoor een magere kwaliteit. Bij de architectonische uitwerking van de gevels is gekozen voor coulissen in de vorm van lammellenstucturen, om daarmee, naast voldoende geluidswering, de woningen toch te verbinden met de buitenlucht (in plaats van een dove gevel toe te passen). Door de diep liggende perforaties tonen de gevels zich echter als donkere vlakken en krijgen ze een zware uitstraling. Er is geen rekening gehouden met de gewenste materialisering in baksteen. Ook gevels uitgevoerd in pleisterwerk vallen buiten de criteria. Tevens is de plint te weinig transparant vormgegeven en de entrees van de woningen zijn onvoldoende gearticuleerd. Door de gehanteerde ontwerpuitgangspunten hebben de gevels een zeer massief uiterlijk gekregen en zijn ze afwijkend vormgegeven ten opzichte van de bebouwing in het gebied. Daarmee voldoen ze ook niet aan de gestelde criteria. In hiërarchie wordt de noordstrook in feite gelijk gemaakt aan het blok dat komt te liggen aan de autosnelweg. In het rustige woonmilieu aan de Erasmusgracht is dit een vreemde ontwikkeling en in relatie tot de Kolenkitbuurt vormt dit een te groot contrast, terwijl het contrast met het A10 gebouw te klein is. Het bezwaar van de commissie richt zich vooral op de introductie van een grove korrel, de schaalvergroting, het verschil in maat en schaal en de rigiditeit in het architectonisch concept. Daarnaast vraagt zij zich af waarom het ontwerpteam zich niet op de hoogte heeft gesteld van de verregaande plannen van Rijkswaterstaat om de autosnelweg te voorzien van geluidsschermen. Ook bevreemd het de commissie dat er bij de nieuwbouw van de Kolenkitbuurt wel gewerkt kan worden met een bebouwingshoogte van drie |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 13-02-2008 door Plenum | |
De heren Werkman en Jongerius geven een toelichting bij dit nieuwbouwplan naast de A10. Tot ongenoegen van Commissie II is dit plan gelijk als volledig uitgewerkte bouwaanvraag ter beoordeling aan haar voorgelegd, zonder eerder overleg in het kader van een voorinformatie. Dit en het feit dat het gaat om een plan van behoorlijke omvang, waarbij bovendien op verschillende punten wordt afgeweken van het vastgestelde toetsingskader, heeft Commissie II doen besluiten om dit plan voor te leggen aan de plenaire vergadering. De heer Werkman zet uiteen op welke punten wordt afgeweken van het beeldkwaliteitplan (BKP), de toelichting op het beeldkwaliteitplan en de ontwerprichtlijnen die samen als toetsingskader worden gehanteerd. Commissie II meent dat de afwijkingen op het toetsingskader geen verbetering opleveren en vraagt het plenum of ingestemd kan worden met het negatieve advies dat is afgegeven. Het plan is onderverdeeld in drie hoge blokken aan de Erasmusgracht, waarachter rond een aantal binnenhoven lagere bebouwing van rug-aan-rugwoningen grenst. Bepalend voor dit plan is het geluid van de ringweg A10. De bebouwing aan de Erasmusgracht, de noordwand, is in afwijking van het BKP fors opgehoogd in verband met de verlaging van de geluidsbelasting voor het binnengebied. De gevels aan deze noordwand zijn voorzien van geluidsabsorberende lamellen. De diep liggende ramen tussen de lamellen tonen zich als donkere vlakken, waardoor de gevels een massieve en zware uitstraling krijgen.Volgens Commissie II is dit een ongewenst beeld, in verhouding tot de karakteristiek van de omliggende bebouwing. Dit geldt ook voor de materialisering van de gevels met overwegend stalen lamellen, terwijl in het BKP baksteen als uitgangspunt werd genoemd. Nadat de in het BKP genoemde verscheidenheid van de drie blokken ertoe heeft geleid dat voor de uitwerking drie verschillende architecten zijn gekozen, wordt de commissie nu overvallen door de eenheid in gevelbehandeling. De gewenste levendigheid en gevarieerdheid vindt zij hierin niet terug. Bovendien is het transparante karakter van de hoogbouw op de begane grond, waarvoor in het BKP gepleit wordt, onvoldoende; de entrees zijn te weinig gearticuleerd. Commissie II is bovendien van mening dat de aansluiting tussen hoogbouw en de achterliggende drie- en vier laagse bebouwing rond de hoven ontoereikend is vormgegeven. Ook wringt de aansluiting tussen de laagbouw en het dek aan de binnenzijde van het hof. De heer Loos wijt dit aan de gekozen opdrachtverdeling tussen de architecten. Per blok zou één architect aangewezen moeten worden zodat de aansluitingen van de verschillende gevels verbeteren. Door de afwijkende maat en schaal, het stedelijk karakter en het voorgestelde materiaal van de noordwand contrasteert dit plan met de tegenover gelegen Kolenkitbuurt. Commissie II is bevreesd dat de robuuste bebouwing botst met het zachte karakter van de Erasmusgracht en dat dit plan een soort eiland wordt in zijn omgeving. De heer Molenaar meent dat de voorgestelde massa aan de noordwand vanuit het profiel van de gracht, voorstelbaar is. Wel moet er over nagedacht worden hoe het ontwerp van de gevels tussen de drie architecten wordt verdeeld. Dit is van grote invloed op de compositie van het totaal. De heer Van der Made meent dat door de verhoging van het volume de onderdelen objectmatiger worden. Het continue beeld gaat daardoor verloren. Als de bebouwing lager zou zijn, zou het plan zich beter tot zijn omgeving verhouden. Terzijde wordt opgemerkt dat het plenum uitermate bezorgd is over de kwaliteit van de lagere bebouwing aan het binnenterrein, die wordt uitgevoerd als rug-aan-rugwoningen. Zo moeten de woningen aan de noordkant elk zonlicht ontberen en is de lichthof in de oksels van de hoven, waardoor de woningen van minimale lichttoetreding worden voorzien, duidelijk als kunstgreep toegepast. Ook op dit punt voldoet het plan niet aan de uitgangspunten waar sprake is van tweezijdig georiënteerde woningen. Resumerend stelt de voorzitter dat de meerderheid van het plenum het ermee eens is dat het voorgestelde plan, de in het BKP vastgelegde ambitie onvoldoende waarmaakt. Door de afwijkingen op het BKP, zowel wat schaal, vormgeving en materialisering betreft, ontstaat er een ongewenst contrast tussen dit plan en de overzijde van de Erasmusgracht, respectievelijk de Kolenkitbuurt. Het plenum onderschrijft het ernstige bezwaar van Commissie II. |
Bouwaanvraag - - nieuwbouw | |
Behandeld: 23-01-2008 door Commissie II B | |
In de vergadering zijn aanwezig de dames Van Vliet (supervisor), Lebeda (Claus en Kaan Architecten) en de heren Van Gameren (Dick van Gameren Architecten), Fontein (Diederen Dirrix Architecten) om een toelichting op het grootschalige nieuwbouwplan te geven. Voorafgaand aan deze toelichting uit de commissie haar ongenoegen over het feit dat zij nu geconfronteerd wordt met een volledig uitgewerkte bouwaanvraag, terwijl zij nog niet eerder van het plan kennis heeft genomen in de vorm van een voorinformatie. Bovendien is ook het materiaal bijzonder laat aangeleverd. Daardoor is de omvang van het project onderschat en de vergadering te weinig tijd ingeruimd voor een volledige toelichting en beoordeling. De commissie geeft dan ook bij voorbaat aan deze behandeling als puur informatief te beschouwen en in een van de volgende vergaderingen te plan opnieuw aan de orde te willen stellen. Ook wil zij dit plan in samenhang met de blokken aan de overzijde van de Erasmusgracht bekijken. De opdrachtgever excuseert zich voor de gang van zaken en geeft als reden dat het plan na afronding van het voorlopig ontwerp in een stroomversnelling is gekomen. In haar toelichting gaat de supervisor onder andere in op het probleem van de hoge, en in eerste instantie niet verwachte, geluidsbelasting op de gevels van de Erasmusgracht. Het probleem van de hogere geluidsbelasting is enerzijds opgelost door de blokken aan de Erasmusgracht gemiddeld twee lagen hoger te maken ten opzichte van het uitgangspunt in het beeldkwaliteitsplan, anderzijds door een tweede gevel in de vorm van haaks op de gevel geplaatste lamellen toe te passen. Het in het beeldkwaliteitsplan ingezette thema 'Eenheid in verscheidenheid' is uitgewerkt door het gevelontwerp van zowel de blokken aan de Erasmusgracht als ook de daarachter liggende laagbouw te verdelen over een drietal architectenbureaus, waarbij de gevels ad random over deze bureaus zijn verdeeld. Het grote contrast met de Kolenkitbuurt is altijd uitgangspunt geweest. Mevrouw Lebeda geeft aan dat de hoofdopzet van het project van Claus en Kaan is, waarbij de gevels conform het uitgangspunt van de supervisor in samenwerking met Dick van Gameren en Diederen Dirrix worden uitgewerkt. De opzet is dat de gevels van de drie binnengebieden telkens door één architect worden uitgewerkt, terwijl de buitengevels juist verdeeld zijn over de overige twee architecten. Per blok is dit dus verschillend. De uitkomst van het onderzoek naar de geluidsbelasting op de gevels aan de Erasmusgracht vormt de bouwsteen voor de gevels, namelijk haaksgeplaatste lamellen. Deze bouwsteen is door alle architecten, op een verschillende wijze toegepast, waardoor 'eenheid in verscheidenheid' wordt gecreëerd. Daarbij heeft Claus en Kaan het 'grid' als uitgangspunt genomen, Van Gameren gekozen voor een horizontale en Diederen Dirrix voor een verticale geleding. Beide architecten geven een korte toelichting op hun ontwerp. De commissie bedankt voor deze toelichting en herhaalt de reeds in de inleiding genoemde afspraak om in een volgende vergadering het plan te willen beoordelen aan de hand van de in het beeldkwaliteitsplan vastgestelde criteria. Zij nodigt de supervisor uit om hierbij aanwezig te zijn. |
Door verschillende oorzaken kan het voorkomen dat bij de kenmerken de status wel/geen monument niet correct wordt weergegeven.
Wilt u zeker weten of een pand een monument is, check dan https://www.amsterdam.nl/kunst-cultuur/monumenten/